De Plantentuin: een kleurrijke wetenschappelijke collectie
De Plantentuincollectie speelt met zijn ongeveer 10.000 plantensoorten een voorname rol in het wetenschappelijk onderzoek aan de Universiteit Gent en andere nationale en internationale onderzoeksinstellingen. Verschillende onderzoeksgroepen van de UGent bestuderen deze planten, vaak in samenwerking met buitenlandse onderzoekers. Dat onderzoek gaat heel breed: van het ontdekken en beschrijven van nog onbekende soorten, het nagaan van verwantschappen tussen planten aan de hand van DNA, het opstellen van nieuwe classificaties, tot het bestuderen van evolutie. Wanneer een nieuwe plantensoort grondig onderzocht is, kunnen wetenschappers deze kennis ook gebruiken in ecologisch en toegepast onderzoek.
De plantkundigen van de UGent verzamelen planten uit de hele wereld, in het bijzonder Afrika, Centraal-Amerika en China. Ze kunnen daarvoor rekenen op collega plantkundigen ter plaatse, die onder meer helpen om de planten te lokaliseren. Zelf deelt deze Plantentuin ook stekjes en zaden met buitenlandse partners.
Hoe meer planten gedeeld worden, hoe beter dat is voor het voortbestaan van de soort. Dat geldt in het bijzonder voor soorten die met uitsterven bedreigd zijn. De Plantentuin heeft een belangrijke opdracht in functie van de conservatie van planten. Ze biedt een veilige haven aan diverse bedreigde soorten zoals Ceratozamia robusta, Dracaena umbraculifera en Hyophorbe verschaffeltii. Je kan ze herkennen aan het speciale bordje bij de plant.
Levende collecties
In de Plantentuin groeien plantencollecties met een didactisch of wetenschappelijk doel. Dit zowel in de serres, als in de tuin zelf.
Publieksserres
De publieksserres herbergen tropische en subtropische plantengroepen. Ze zijn toegankelijk voor het publiek.
Collectieserres
De collectieserres zijn omwille van de veiligheid niet toegankelijk voor bezoekers.
Ze herbergen volgende taxa of plantengroepen:
Acanthaceae
Araceae
Asparagus
Begonia
Bolgewassen
Bromeliaceae
Carnivore planten
Cyclamen
Cyperaceae
Ephedra
Hoya
Kalanchoë
Orchidaceae
Pelargonium
Peperomia
Rhipsalis
Sansevieria
Varens
Buitencollecties
De systematische afdelingen in de buitentuin illustreren de verwantschappen tussen plantengroepen. Overeenkomstig de huidige inzichten onderscheiden we de Systematiek Basale Angiospermen, de Systematiek Eudicotylen en de Systematiek Monocotylen. De rots- en alpenplanten vind je terug in de rotstuin.
De mediterrane zone herbergt een aantal half-winterharde soorten. Dankzij de gunstige ligging van de Plantentuin - en van de mediterrane afdeling in het bijzonder - doorstaan deze planten ons winterklimaat.
In het arboretum tref je bomen aan uit Europa, Azië en Amerika. Het etiket vermeldt het natuurlijke areaal. De inventaris van het arboretum is raadpleegbaar via het PLANTCOL-project.
In de afdeling Planten en Mensen vind je eetbare, geneeskrachtige en andere nuttige planten.
Net voorbij het Palmarium vind je het moeras met vleesetende planten. Een groot deel van deze collectie wordt echter bewaard in de niet-toegankelijke serres. Deze collectie wordt mede onderhouden door Drosera vzw, de Belgische vereniging voor carnivore planten. Meer info: klik hier
Rond de kleine groenteserre staan allerlei eetbare planten: fruitbomen, bessen, groenten en keukenkruiden.
Herbarium
Naast de levende collecties, beschikt de Plantentuin ook over een waardevol herbarium. Dat draagt de internationaal erkende codenaam GENT (vier hoofdletters). Op de website van de Index Herbariorum kun je deze raadplegen. In totaal bevat het herbarium ongeveer 300.000 specimens. Die zijn verdeeld over:
K.L. Ledeganckstraat 35
herbarium Fungi, ± 100 000 sp.
herbarium Mossen, ± 25 000 sp.
herbarium Vaatplanten, ± 150 000 sp.
herbarium Plantentuin, ± 6 000 sp.
De collecties bestaan voor een groot deel uit gedroogde specimens die gemonteerd zijn op stevige bristols (grote specimens), of in convoluutjes (kleine specimens). Andere specimens worden op bewaarvloeistof gehouden (zoals bloemen, vruchten, wieren). Nog andere specimens worden bewaard in een omslag gevuld met silicagel. Die laatste zijn verzameld met het oog op moleculair-genetische analyse.
Deze collecties worden zeer intensief benut bij het lopende wetenschappelijk onderzoek. Sinds 1970 zijn minstens 10 doctorale proefschriften en meer dan 50 scripties (vroeger: 'licentiaatsverhandelingen') gebaseerd op specimens uit het herbarium. Daarnaast deden medewerkers van de Onderzoeksgroepen Zaadplanten en Pteridophyta van de faculteit Wetenschappen een beroep op specimens uit GENT voor meer dan 200 publicaties.
Ook andere binnenlandse en buitenlandse onderzoekers maken regelmatig gebruik van de collecties. Zij benutten het materiaal voor diverse doeleinden en bestuderen het met uiteenlopende technieken. In de 'klassieke' benadering gaat het om morfologische en anatomische waarnemingen. Steeds meer dienen herbariumspecimens als bron van DNA-materiaal voor moleculair-genetisch onderzoek.
Met de steun van de Vlaamse Overheid werd het digitaliseringsproject 'Linden, cross-mediaal figuur uit de negentiende eeuw' gerealiseerd. Meer informatie over dit project.
Momenteel loopt het project ‘Flore de Gand’ in samenwerking met het Universiteitsarchief UGent en UGent-imec, IDLab. Dit project ontsluit onder meer drie historische herbaria (19de en vroeg 20ste eeuw). Meer info vind je op www.floredegand.be .
Ons herbarium is deel van DigiHerb
DigiHerb is een door de EU gefinancierd Interreg-project dat drie herbaria samenbrengt: Dublin (NWE), Karlsruhe (SNMK) en het herbarium van de Universiteit Gent (GENT). Het project richt zich op het digitaliseren van herbariumcollecties om de toegang tot belangrijke biodiversiteitsgegevens te verbeteren. Door een verenigd digitaal portaal te creëren en gebruik te maken van innovatieve high-throughput digitaliseringstechnologie, wil het project de onderzoeks- en innovatiecapaciteiten op het gebied van biodiversiteit versterken. Dit zal bijdragen aan het aanpakken van biodiversiteitsuitdagingen en sluit aan bij de biodiversiteitsstrategie van de EU.
Seminotheek
De Plantentuin beschikt over een verzameling zaden van duizenden plantensoorten. Geoogste zaden worden gedurende 2 jaar droog en donker bewaard in een koelkast bij 5 °C. Langetermijnbewaring gebeurt bij kamertemperatuur.
Elk jaar verzendt de Plantentuin een zadenlijst of 'Index Seminum' naar meer dan 500 botanische tuinen over de hele wereld. Die lijst is enkel bedoeld voor uitwisseling met instellingen die de Conventie van Rio de Janeiro (1992, CITES) onderschrijven. Als particuliere verzamelaar kun je geen gebruik maken van deze dienst.